Energik wil de industrie ondersteunen in de transitie van conventionele naar duurzame energie. Stoom is een van de meest gebruikte middelen om proceswarmte te genereren. Traditioneel wordt het opgewekt in klassieke stoomketels op fossiele brandstoffen. Maar deze stoten onder andere CO2 en NOx uit en elektrische stoomketels of boilers kunnen een duurzaam alternatief zijn.
Zo noemt Dr. ir. Marnix van Belleghem van Belgian Boiler Company NV elektrische ketels een milieuvriendelijker alternatief voor gasgestookte ketels. Van Belleghem. “Ze stoten 0 gram CO2 uit als de elektriciteit die ze gebruiken uit hernieuwbare bronnen komt.” Hij stelde de nieuwste industriële ketel van Bosch voor die je in verschillende vermogens kan krijgen en waarvan de uitstoot nihil is. “Als je de elektriciteit groen kan opwekken, is het verhaal rond.”
Overigens beaamde Van Belleghem dat ze nog duurder in aanschaf zijn dan gasgestookte ketels maar ze kunnen snel terugverdiend worden. “In België probeert de energieregulator Elia het elektriciteitsnet steeds in evenwicht te brengen om het net onder controle te houden. Hoe meer windmolens en zonnepanelen, hoe meer daar behoefte aan is. Elektrische ketels kunnen hier een rol in spelen omdat ze snel kunnen op- en afschakelen en tegelijk energie kunnen bufferen. Elia beloont bedrijven die dat doen en dat verkort de terugverdientijd. Maar de Belgische industrie is nog wat terughoudend en we plaatsten er nog niet zo veel”, aldus Van Belleghem. Dat komt ook wel door een hoge elektriciteitsprijs en het grote gat met het veel goedkopere gas.”
Erik Van der Auwera, zelfstandig agent voor Blok Gouda benadrukte in zijn presentatie het belang van goed onderhouden en correct gemonteerde condenspotten.
In Nederland gaat het wat harder legt hij uit en plaatsten ze al verschillende ketels, zowel naar laag- als middenspanning. In heel Europa plaatste zijn bedrijf er al 30 à 40.
Marnix Van Belleghem van Belgian Boiler Company NV liet zien hoe elektrische ketels een milieuvriendelijker alternatief zijn voor gasgestookte ketels.
De industriële boilers werken samen met voedingwaterpompen. Bosch beschermt zijn boilers tegen pompfalen, bijvoorbeeld door cavitatie. “Dan komt er geen water meer naar de ketel en stijgt het risico op oververhitting. Dan moet de ketel automatisch uitvallen. En cavitatie is oorzaak nr.1 bij pompproblemen als je op hogere temperaturen werkt. Het water gaat in veel processen op 90-105 graden naar de ketels.
Op het symposium van ENERGIK vond nog een tweede lezing plaats. Erik Van der Auwera duidde vervolgens de do ‘s & don’ts van condenspotten. Deze potten zitten veelal op het einde van de leiding en voeren het condensaat af.
“Bij het terugdringen van emissies kunnen ze nochtans je beste bondgenoot worden. Het begint met een juiste keuze, installatie en isolatie. Veel bedrijven claimen groen en CO2-neutraal te zijn maar vergeten in het energieverhaal dan weleens het onderhoud van de condenspotten. Ze richten zich vooral op de grote energieprojecten terwijl er dan helaas in het bedrijf honderden condenspotten staan te lekken. Dat staat of valt met het tijdig onderhouden en nameten. Interne sleet resulteert vaak in verse stoomlekken of net meer stoom gaan verbruiken omdat klep en zitting niet meer goed aansluiten.”
Van der Auwera schat dat ieder groot chemiebedrijf honderden zo niet duizenden condenspotten heeft. “Ze staan soms ook verkeerd gemonteerd zodat ze sneller slijten. We komen bij bedrijven die zo’n 3000 à 4000 condenspotten al vijf tot tien jaar niet meer controleerden terwijl dat het beste jaarlijks zou moeten.” Hij geeft een eenvoudig rekenvoorbeeld om te bewijzen wat dat voor kostenbesparing oplevert. “Voor iedere kilogram stoom die lekt via de condenspotten is er een kilogram stoom gemaakt in de stoomketel, meestal met aardgas. Een lekkende condenspot verliest gemiddeld 5 kilogram stoom per uur. 1 ton stoom kost gemiddeld 30 euro. Per jaar gaat het om een verlies van 44 ton stoom en een emissie van 7 ton (!) CO2 per lekke condenspot.”
Hij schat overigens in dat bedrijven soms wel van de lekkende condenspotten op de hoogte zijn maar geen actie ondernemen.
“Bedrijven kunnen het weten, bijvoorbeeld na een inspectierapport.
Maar door meer dringende problemen om aan te pakken, zeggen ze dat het geen prioriteit heeft.” Van der Auwera weet van bepaalde sectoren waar bedrijven hun extra kosten finaal durven door te rekenen aan de klant. “Een bedrijf vertelde me zelfs dat ze vers stoomverlies van niet goed werkende en niet gecontroleerde condenspotten mee rekenen in de prijs van hun product. ‘Die kosten zitten in ons business model.’
Hij bood dan ook namens Blok Gouda op het stoomseminar aan condenspotten door te willen meten. “We leiden de klant ook op om zelf metingen te doen.” Overigens zijn hun nieuwste condenspotten veel onderhoudsvriendelijker dan de bestaande modellen. Misschien een overweging oude te vervangen?
Van der Auwera schat in dat ieder groot chemiebedrijf honderden zo niet duizenden condenspotten heeft. “En ondanks dat ze weten welke er lekken, heeft het geen prioriteit.” Hij gaf een eenvoudig rekenvoorbeeld om te bewijzen welke kostenbesparing actie oplevert.